ON THE ROAD TOGETHER
Toen ik aan mijn oudste dochter de vraag stelde. Heb je zin in een leuk uitje met je vader? Antwoorde zij: " ja hoor pap, als we maar niet gaan wandelen met een rugzak en zo. Ik heb gewoon geen zin om weer te wandelen. Ik heb wel zin om te fietsen."
Het werd bijna een traditie die jaarlijks terugkeerde. Ik, samen met één van mijn dochters op avontuur. Een uitdaging zoals een stuk wandelen met een rugzak of een stuk fietsen. Dat alles om uiteindelijk op een camping neer te strijken en samen wat tijd door te brengen.
Kortom in dit geval dus fietsen, daar lag de uitdaging dacht ik. Ik vroeg haar een plaats te bedenken waar ze graag naartoe wilde. Om haar vervolgens uit te dagen daar samen heen te fietsen. Het maakte niet uit hoe ver, vertelde ik. Het werd “Fort Pampus” een eiland gelegen bij Muiden waar je met een veerdienst naartoe vaart.
Ik dacht zo.... dat is een lekker stukje fietsen, ongeveer 100km. Toen ik aan haar vroeg waarom zij juist daarvoor koos, zei zij: “daar is de film: Mijn vader is detective, opgenomen. Het lijkt mij leuk om dat een keer in het echt te zien." Er werd roet in het eten gegooid. Want een evenement ter plaatste verstoorde ons plan en om reis technische redenen werd Fort Pampus voor dat moment in de koelkast gezet.
Maar….. een tweede en een goede optie werd Kinderdijk. Toen ik aan haar dezelfde vraag stelde, waarom zij daar naartoe wilde, vertelde zij:
” Daar hadden wij het laatst op school over en het lijkt mij leuk om eens te zien. Dat is toch met al die molens en zo? Haha..” Ik vond het een prima idee maar wellicht iets te dicht bij. Dus ik had voorgesteld om na Kinderdijk richting de Biesbosch te fietsen en daar te overnachten.
Op woensdag 16 augustus 2017 rond 10.00 uur, waren wij klaar om te gaan. Het was prachtig weer.
"On the road together”.
De start was een beetjes stroef, ik dacht namelijk dat alles klaar en geregeld was. Maar toen ik op mijn fiets stapte bleek mijn voorband plat te zijn. Ik had de banden toch gecontroleerd dacht ik….? Kennelijk niet.
Gelukkig had ik mentale steun en bemoedigde woorden van mijn dochter, "Pap....gaan we nog, het duurt lang! " Het bleef gelukkig bij een zachte band, dus oppompen en gaan.
De route ging door het Rotterdamse langs de Nieuwe Maas. In de richting van Krimpen aan de IJssel. Vervolgens gingen we door naar Krimpen aan de Lek om daar met een pont over te steken naar Kinderdijk. Nu nog even de bordjes volgen naar die molens. Bij een t-splitsing aangekomen kon ik niet direct een keuze maken. Moeten we nu links of moeten we nu rechtsaf. Nu is het zo…als je lang genoeg wacht met SPD klikpedalen (waar je voeten vast aan de trappers zitten) gaat het niet goed. En ja hoor daar lag ik. Het voordeel was wel dat we even de tijd hadden om goed te kijken waar wij naartoe moesten en we konden meteen een snack nemen.
Nou… daar waren we dan in Kinderdijk. Het krioelde van de toeristen en wij vroegen ons af waarom precies. Er stonden allemaal molens, wellicht iets meer dan wij gewend waren. Maar het aantal toeristen deed ons vermoeden dat er meer aan de hand was. Maar dat was niet het geval. Na een hectische rit over de dijk gingen we verder richting de Biesbosch.
In de gemeente van Dordrecht ligt een dorpje genaamd, “Kop van het Land.”
Het ligt aan de Nieuwe Merwede en heeft een pontveer naar de Biesbosch. Wij namen de pont en aan de overkant aangekomen zouden we gaan kijken voor een camping. Wij hadden een aantal eisen. Als er niets zou veranderen zou het avondeten weer knakworsten worden. Het zou leuk zijn als we een restaurant of een patatkraam tegen zouden komen. Zo… dat is lekker outdoor dacht ik maar deze keuzes zijn niet voor niets. Om de volgende keer weer een tocht te kunnen maken met één van de meiden is het een beetje geven en een beetje nemen zeg maar.
We waren aan de andere kant aangekomen en allebei ervaarden wij dezelfde “rust”. Niet normaal zeiden we tegen elkaar. Wat een rust heerst hier, het was echt doodstil.
De reis ging verder en de zoektocht naar een geschikte camping was gestart. Uiteindelijk zijn we neer gestreken op een camping in Drimmelen. We hadden nu ongeveer 100 kilometer gefietst en dat had zijn tol wel geëist voor die dag.
Jill was namelijk op 5 minuten voor de camping nog gevallen en dus waren we blij dat we eindelijk konden ontspannen.
Op de camping aangekomen zorgde ik voor het tentenkamp en we maakte ons klaar voor een avondje uit. We gingen namelijk bij een restaurant eten. Het werd een prachtige avond en wat had Jill zichtbaar genoten. We sloten af met een toetje en gingen weer richting de tent. Bij de tent deden we nog een drankje om vervolgens lekker te gaan slapen. Dat slapen was nog wel een dingetje………
Midden in de nacht schrok ik wakker van het geschreeuw van Jill. Kennelijk was zij aan het dromen want ze reageerde niet op mijn vragen. Wat is er Jill? vroeg ik.
Het enige wat ik haar hoorde schreeuwen was; “laat me eruit, nee Robin niet doen, nee laat me eruit!!.” Ze had vermoedelijk nog een fittie (ruzie) met haar zus te verwerken. Ze schreeuwde zo hard dat ik dacht, wat zullen de buren wel niet denken, haha!!
De volgende ochtend wist zij natuurlijk nergens meer van en lachten we er smakelijk om. Na een gesprek met de buurman die overigens niets had gehoord, pakte we de boel in en gingen we richting huis. Bij een oude suikerfabriek aangekomen hielden wij een laatste keer pauze en gingen wij in een bushokje zitten om te schuilen voor de regen. We maakten nog één keer knakworsten klaar en bereidde ons voor op de laatste kilometers. Daar kwam het gezegde goed tot zijn recht, ”de laatste loodjes wegen het zwaarst.” Het was een onvergetelijk ervaring en een leuk avontuur om zo samen met mijn dochter te ervaren